"François-Marie Arouet", dit Voltaire. "Ce diable d’homme." Voltaire, poëet, historicus, romancier, essayist, Voltaire, auteur van een massa saaie toneelstukken, Voltaire, vrijdenkend kampioen van tolerantie, Voltaire, toonaangevend lid van het bent der philosophes, Voltaire, ongekroonde Roi de la République des Lettres, Voltaire, vriend van vorsten en aristocraten, Voltaire, vleesgeworden Esprit Français. Voltaire, volbloed Europeaan, Voltaire, onvermoeibare épistolier en graphomane, Voltaire, komediant, speculant, intrigant, schelm, schurk, Voltaire, onsterfelijk, in het Panthéon, Voltaire, een lekker-luie zetel, Etc.. Gemengd slaatje Sedert hij in mijn schooltijd met zijn Candide mijn pad kruiste, is hij mijn compagnon de route gebleven. In mijn biblioheek, goed voor meer dan een strekkende meter. Voltaire kreeg in de jaren 60-70 van de 17de eeuw Spinoza heel even in het vizier. Veel vuurwerk leverde dat niet op (1). Voltaire sabelt de Mokumse jood niet neer, maar klopt er een gemengd slaatje uit, zodat hij hem, handige bink, kan gebruiken. Spinoza heeft hij nooit grondig bestudeerd. Voltaire putte zijn kennis vooral uit Pierre Bayles Dictionaire historique et critique (1697) en uit de Réfutation de Spinoza van Boulainvilliers (1731), werken die in Voltaires boekenkast stonden (2). Hoewel Bayle verholen met Spinoza sympathiseerde, plakte die hem het etiket van Atheïst op. Dat bleef, met dank aan Pierrre, kleven tot in de 18de eeuw en verder… Voltaire lustte van Spinoza’s kernboodschap geen pap: Spinoza’s panentheïsme (het universum is een deel van God) botste met Voltaires deïstische opvattingen. Hij kon Spinoza wél gebruiken in zijn strijd tegen het christendom, die hij als voormalig jezuïetendiscipel met vlijt voerde. Dat deed hij o.a. in zijn Dictionaire philosophique (1764). In die Dictionaire (een imitatie van de format van Bayle), lees je o.a. artikels over Mozes en mirakels. Voltaire staat in deze materies schouder aan schouder met Spinoza: wat daar wordt geschreven spoort, naar de essentie, met wat Spinoza erover dacht. Spinoza wordt evenwel niet vernoemd, maar meer dan waarschijnlijk maakte hij gebruik van diens ideeën om zijn rationalistische opvattingen over miraculeuze gebeurtenissen rationeel te onderbouwen. De onwetende filosoof In 1766 publiceerde Voltaire Le Philosophe ignorant. Daarin doet hij kond van zijn bewondering voor de geometrische methode die Spinoza gebruikt om zijn ideeën te onderbouwen. Die bewondering is vast ook ingegeven door zijn aanleg en belangstelling voor mathesis en fysica. Ook al valt Voltaire niet voor Spinoza’s systeem, er schuilt volgens hem toch een schitterend idee in: 'il y a quelque chose, donc il existe éternellement un Être nécessaire'. Een gedachte met een logica die een philosophe ignorant siert. Voltaire is het uiteraard met Spinoza niet eens. Twee hoofdbezwaren: als God tot in het oneindige kan worden verdeeld, dan is die, volgens Voltaire, zowel astre als citrouille, zowel pensée als fumier. Voltaire kan het ook niet eens zijn met Spinoza's ontkenning van de ‘voorzienigheid’. Hij stelt dat de voorbeeldige orde van de natuur een transcendente macht vergt. Zijn deïstisch beeld van de klok en de horlogemaker, weet je nog? In 1769 heeft de Franse schalk het nog eens een keer over Spinoza. Tegen de stroom van de tijd in noemt hij nu diens leer religieus! Dat had veel, zoniet alles, te maken met het feit dat hij de gedachte van een god, noodzakelijke en oneindige oorzaak van alles, kon gebruiken om zijn deïstisch geloof meer body te geven. Het leverde hem bovendien ook munitie tegen de factie der materialistische Philosophes die toen steeds driester hun atheïstische geloof verkondigden. Huppelende menuetdansers In 1759 schreef de abbé de Condillac een Traité des systèmes. Voltaire kon Condillac goed lijden; hij noemde hem zelfs eens ‘de eerste man in Europa’. Het merendeel van de Philosophes was gekant tegen filosofiesystemen. In het Traité richtte Condillac trefzeker zijn kanonnen op de filosofen-systeembouwers van de 17de eeuw: Descartes, Spinoza, Malebranche en Leibniz. Hij spoort er de psychologische wortels van op: Condillac vergelijkt systeembouwers met kinderen die té ongeduldig zijn om te wachten op de natuurverklaringen van de exacte wetenschap. Ze vluchten daarom in hun fantasie. Tussen haken: de eerste én zwakste kennissoort van Spinoza…! Descartes deductieve methode (die ook die van Spinoza is), genereerde alleen maar verwarring en onzin, beweerde de abbé. Vrouwe Kennis moet haar hoop stellen op de inductieve methode van wetenschap en experiment, zoals destijds al aangeprezen door Francis Bacon, die niet werd gevolgd, ook niet door Spinoza. Voltaire had zich eerder, in de jaren 1740, bekend als tegenstander van systeembouwers. In 1771 publiceerde hij hierover en bon rimailleur nog een gedacht-gedicht dat hij Les Systèmes doopte: geen poëzie, wel ideeën. Voltaire fulmineerde ook graag tegen metafysici. Hij vergeleek die met menuetdansers in zijn dagen: huppelen, springen, beengeplooi en armgezwaai, pirouetjes draaien, nog een laatste sprong en hup… ze staan precies waar ze begonnen! Besluitend: Voltaire heeft nooit de essentie van Spinoza begrepen: dat hij de vader was van een kenleer, die in dit al zo vaak geclicheerde aardse tranendal de weg moest wijzen naar een gelukkiger leven. Hij weigerde op zijn sterfbed toe te geven aan de abbés die hem alsnog in hun kamp wilden pressen, maar ce diable d’homme stierf als de overtuigde deïst die hij heel zijn leven al was geweest (3). Gedicht over Spinoza Als uitsmijter Voltaires bekende gedicht over Spinoza. Best grappig. Ik wil het mijn lezers niet onthouden en geeft er mijn prozaversie bij. Alors un Petit Juif, au long nez, au teint blême Pauvre, mais satisfait, pensif et retiré, Esprit subtil et creux, moins lu que célébré, Caché sous le manteau de Descartes, son maître, Marchant à pas comptés, s’ approcha du grand être: Pardonnez-moi, dit il, en lui parlant tout bas, Mais je pense, entre nous, que vous n’existez pas. En dan, verstopt onder de mantel van Descartes, stapt een langneuzig joodje, een bleekscheet, arm maar tevreden, denker en eenzaat, subtiel en diep van geest, minder gelezen dan geroemd, met afgemeten passen toe op het grote wezen: excuus, fluistert hij, maar onder ons gezegd en gezwegen, ik denk dat u niet bestaat. (vert. Willy Schuermans) Hoog tijd, alweer, om me languit te leggen in mijn Voltaire met een Voltaire, een glas zeldzame cognac binnen handbereik. Alles kan me dan gestolen worden. Ook Spinoza. ____ (1) In het verleden werd in Voltaire-biografieën weinig of geen aandacht besteed aan de relatie Voltaire-Spinoza. Dat gebeurde niet in de populaire Voltaire van Jean Orieux (1966), wel in de meer recente Voltaire Almighty van Roger Pearson (2005), en weer niet in de recentste, meesterlijke Voltaire van Pierre Milza (2007). (2) De bibliotheek van Voltaire, ca. 6.000 exemplaren, waarvan ca. 2.000 met persoonlijke aantekeningen van de auteur, werd door Catherina II de Grote, Tsarina van Rusland, na Voltaires overlijden aangekocht. De centjes gingen naar zijn nicht madame Denis, met wie hij de laatste 30 jaar van zijn leven (al of niet in eer en deugd) samenleefde. De bibliotheek bevindt zich nu in Sint-Petersburg. (3) In de La Pléiade van Gallimard is een ruime selectie van Voltaires Oeuvres blijvend beschikbar. Alleen literaire en historische werken, geen toneel en geen filosofie, maar wel de volledige collectie brieven, een der belangrijkste in onze Westerse cultuur. Comments are closed.
|
AuteurWilly Schuermans (...) uitgaande van den gezonden stelregel, dat men zich niet boven SPINOZA verheven moet achten voor en aleer men hem begrepen heeft. Willem Meijer (1903) SKL (Spinoza kring Lier)
Platform voor de studie en de verspreiding van het gedachtegoed van Benedictus Spinoza (1632-1677) Doorzoek de hele blog alfabetisch op titels en persoonsnamen.
Categorieën
Alles
Foutje ontdekt in een blogbericht? Meld het op
[email protected] Mijn andere sites! |