Jean-Pascal Collegia, Spinoza, la matrice, L’ Harmattan, Paris 2012, 116 p. (ISBN 9782296997936) Dit boek werd gepubliceerd in de reeks Ouverture Philosophique. De uitgever karakteriseert deze reeks als volgt: ‘(…) On n’ y confondra donc pas la philosophie avec une discipline académique; elle (la collection, n.b.) est réputée être le fait de tous ceux qu’ habite la passion de penser, qu’ ils soient professeurs de philosophie, specialistes des sciences humaines, sociales ou naturelles, ou … polisseurs de verres de lunettes astronomiques.’ Op het achterplat wordt de auteur geïntroduceerd als vader van 3 kinderen, ZEP-leraar, avonturier en schrijver. Dit zijn voor Spinoza nogal onduidelijke adelbrieven, maar als de eerste verdienste begrepen wordt als een teken van de puissance van zijn conatus, dan is de stap naar Spinoza meteen gezet… Alle gekheid op een stokje: wat een boeiende Spinozatekst! In een materie die bulkt van gortdroge academische lectuur, op zich al een zeldzame kwaliteit. De auteur gebruikt rake beelden om zijn betoog te concretiseren en volgt daarmee de goede raad van de Meester om bij het denken zo dicht mogelijk bij het leven te blijven. Dat maakt het boek dus erg leesbaar en, wat mezelf betrof, tot een pageturner, al moet je hier en daar goed bij de les blijven. En, ook al niet onbelangrijk: in een tijd van al te dikke boeken, is een tekst van 116 pagina’s een ware weldaad. Eigenzinnig Wat krijg je te lezen? Le Dieu de Spinoza; Bien et mal pour tous versus bon et mauvais pour moi; Entrer dans le detail; Comment connaît-on? Dans les entrailles des essences-puissances; Questions ouvertes à Spinoza. In dit laatste hoofdstukje geeft Collegia zijn mening over Le sexe - la vie en couple, l’ Inconscient, l’ Humanisme en l’ Ecole, bekeken door een lens van Spinoza. Collegia, overtuigd Spinozist, ordent op eigenzinnige wijze de filosofische stof. Wie zijn betoog volgt en hier en daar een passus herneemt, krijgt een verhelderende uitleg over het systeem en zijn interne samenhang. En cours de route worden begrippen als substantie, attribuut, modus, adequate en inadequate ideeën en nog veel meer op scherp gezet, en, als het verder over onszelf gaat, wordt duidelijke taal gesproken over de versterking van de menselijke puissance, over de wil, de menselijke vrijheid, de ziel en de dood. Derde attribuut? Wel moet worden gezegd: de matrix van de titel is in de brij van de tekst niet erg duidelijk te onderscheiden. Wie het boek uitleest, heeft de matrix wel doorgenomen, maar een helder beeld blijft er niet van hangen. Een slotsynthese ware welkom geweest. Collegia laat het niet bij een louter reproductieve uitleg van de leer, maar denkt die ook verder. Dat is pas filosoferen: zijn denken stopt niet bij analyse, explicatie en tekstcitaten. Vanuit de derde kenwijze doet de auteur een gooi naar een derde attribuut van de substantie (en mogelijk nog andere…). Hij onderbouwt zijn persoonlijke visie met gedachten van Spinoza die zijn betoog kunnen ondersteunen. Enerzijds beantwoordt Spinoza, la matrice behoorlijk aan de bedoeling van de reeks en mag dus terecht een ouverture philosophique worden genoemd. Anderzijds maakt de auteur het programma van zijn titel waar en biedt hij menig lezer nouveaux éclairages sur le bonheur, la liberté, la hiérarchie, l’éternité, la mort, la morale, Dieu, le chaos, l’inconscient, le sexe, l’humanisme, l’ecole.’ Henry Méchoulan, Le droit et le sacré chez Spinoza, Berg International, Paris 2013, 53 p. (9782917191835) Nederlandstalige lezers kennen deze auteur via de vertaling van de schitterende synthese die hij schreef over Amsterdam ten tijde van Spinoza (Amsterdam au temps de Spinoza, Paris 1990). Méchoulan was verbonden als onderzoeker aan het CNRS in Parijs en o.a. gespecialiseerd in de joodse filosofie ten tijde van Spinoza. Iemand die dus weet waarover hij spreekt als hij het over deze materie heeft. Spinoza wordt beschouwd als een van de grondleggers van de bijbelkritiek. Daarvoor wordt hij terecht geloofd. Maar…’(… ) nul ne doit se laisser abuser par l’ enthousiasme des thuriféraires qui ne distinguent entre le savant critique et le polémiste, ne reculant devant aucun moyen pour mener son combat’ (p.12). In dit kleine essay breekt Méchoulan enkele potten. Wie verder leest kan genieten van de wijze waarop hij Spinoza de mantel uitveegt. Flauw argument Spinoza, aldus de auteur, schuwt geen middelen om zijn radicale (maar uiterst actuele) visie op te timmeren, dat het geloof van het publieke forum moet worden geweerd. Om dat filosofisch te onderbouwen, ondermijnt Spinoza in zijn TTP het sacrale karakter van het Oude Testament. Merkwaardig genoeg spaart hij (met een flauw argument) het Christelijke Nieuwe Testament. Dit werd ook al in 1896 onder de aandacht gebracht door K. O. Meinsma in diens Spinoza en zijn kring. Voor zijn sloop schuwt Spinoza geen kromme argumenten en is hij ook niet vies van tekstmanipulatie. De lezer krijgt er voorbeelden van op zijn bord. Méchoulan beschuldigt daarom de filosoof ronduit van anti-judaïsme. Maar dat gebeurde en gebeurt overigens wel meer… Tot slot de kers op de taart: Méchoulan argumenteert dat Spinoza’s staatsvisie maar slapjes relateert met democratie en, bedenkelijk toch, de deur openzet voor totalitarisme… Dat zullen we dan geweten hebben. Aanbevolen lectuur, ook en vooral voor Spinoza-aanbidders. |
AuteurWilly Schuermans (...) uitgaande van den gezonden stelregel, dat men zich niet boven SPINOZA verheven moet achten voor en aleer men hem begrepen heeft. Willem Meijer (1903) SKL (Spinoza kring Lier)
Platform voor de studie en de verspreiding van het gedachtegoed van Benedictus Spinoza (1632-1677) Doorzoek de hele blog alfabetisch op titels en persoonsnamen.
Categorieën
Alles
Foutje ontdekt in een blogbericht? Meld het op
[email protected] Mijn andere sites! |